Eenden

De domesticatie van de eend vond vooral plaats in Azië, maar er zijn ook gegevens over Egyptische tamme eenden van enkele eeuwen voor Christus. Van de Romeinen is bekend dat zij tamme eenden hielden voor vlees en eieren. Het waterrijke Nederland is als geen ander land geschikt voor eenden, maar over de exacte oorsprong van de Nederlandse eend als gedomesticeerd huisdier weten we weinig. Hoewel aangetoond is dat hier wilde eenden leefden, is er geen bewijs voor domesticatie van deze dieren gevonden.

Vanaf de veertiende eeuw werden eenden in Nederland voornamelijk als lokkers voor de jacht in eendenkooien gehouden. Dit zijn naar alle waarschijnlijkheid half-wilde eenden geweest. Na de oprichting van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) werden eenden voor de productie van eieren uit de Aziatische landen meegebracht. De legcapaciteit van de Krombekeend wordt  al beschreven in de zeventiende eeuw. Tot aan de twintigste eeuw waren eenden de belangrijkste eiproducenten in Nederland. Daarnaast kwamen onze oud-Nederlandse en nu zeldzame eendenrassen vooral voor op boerderijen en bij landgoederen. Zo zijn de Krombekeend en Kuifeend  terug te vinden op schilderijen uit de zeventiende eeuw.

Voor de sier en een eitje
Tegenwoordig worden de twee zojuist genoemde rassen, samen met de Witborsteend en het Kwakertje, overwegend gehouden als watervogels voor de sier en een eitje op zijn tijd.

Noord Hollandse witborsteend
Kritiek

Noord Hollandse witborsteend

Noord Hollandse krombekeend
Kritiek

Noord Hollandse krombekeend

Kwakereend
Bedreigd

Kwakereend

Nederlandse kuifeend
Kritiek

Nederlandse kuifeend