Kenmerken
- Geschikt voor educatie, huisdier en hobby en landbouw
- Kan gehouden worden in een erf met veel grond, grote tuin en kleine tuin
- Oorsprong van dierenras ligt in Groningen
Status
- Risico: Bedreigd
- Aantal hennen: 300
- Trend laatste 15 jaar: stabiel
Gebruik
De Groninger meeuwen behoren tot de landhoenderrassen en zijn levendig van aard. Ze scharrelen graag ondernemend hun kostje bij elkaar en met een beetje aandacht is de Groninger meeuw ook tam te maken. Vanaf vijf maanden kunnen hennen al eieren gaan leggen, wel zijn ze het eerste jaar niet altijd even broeds, daarentegen, als ze broeds zijn dan komen de zwart gevlekte kuikens niks te kort. Vanaf het tweede jaar blinken de hennen met name uit als legkip, met grote witte eieren.
Uiterlijk
De Groninger meeuw staat bekend om de mooie peltekeningen, dat wil zeggen dat het merendeel van de rompveren bij de hennen aan weerszijden van de veerschacht enkele paren zwarte vlekken of doppen hebben, dit zijn de pellen. Deze pellen bevinden zich op een zilverwitte, goudbruine of een citroenkleurige grondkleur en afhankelijk daarvan noemt men de kleurslag zilver-, goudpel of citroenpel. De Groninger meeuw heeft een grote- en een krielvorm in alle drie de kleurslagen en ze hebben een paar donkerbruine ogen.
Achtergrond
De Groninger meeuw is een hoenderras, dat rond het einde van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw vrij veel voorkwam op de boerenerven in Groningen. Nadat er in 1975 nog maar zelden Groninger meeuwen in ons land te vinden waren heeft Stichting Zeldzame Huisdierrassen het ras in 1978 tot uiterst zeldzaam te verklaard. Aangemoedigd door enkele enthousiaste liefhebbers gingen sinds de beginjaren tachtig steeds weer meer fokkers zich met het ras bezighouden en werd in 1980 de ‘Groninger Meeuwen Club’ opgericht.
Het voortbestaan van het ras is sindsdien weer zekerder geworden en de aandacht wordt nu met name gericht op het perfectioneren van het ras wordt er gekeken hoe er meer liefhebbers de Groninger meeuwen als leghoenders gaan gebruiken.