Dierenwelzijn, de visie van de SZH

Dierenwelzijn en fokken en houden van zeldzame Nederlandse rassen

Naar schatting zijn er in Nederland 10.000 houders van de 89 zeldzame rassen van (landbouw)huisdieren, die onder zorg van SZH vallen. SZH zet zich in voor het behoud van deze rassen, omdat zij van onkenbare waarde zijn voor onze toekomst en deel zijn van onze identiteit. Dat betekent, dat de SZH als uitgangspunt heeft, dat dieren met respect voor hun cultuurhistorische en intrinsieke waarde worden behandeld en dat in het fokdoel en de werkwijzen in de fokkerij het welzijn van de dieren centraal staat.

Dierenwelzijn

Naast een verantwoorde fokkerij, die rekening houdt met genetische diversiteit, wil de SZH dierenwelzijn (helpen) borgen. De SZH volgt het denkkader Dierwaardige houderij van de Raad voor Dieraangelegenheden. Daarin gaat het niet alleen over vermijden van negatieve invloeden op het welzijn van het dier, maar ook over bevorderen van een positieve beleving van het dier. Een dier ervaart een positieve staat van welzijn, als het de vrijheid heeft om normale, soorteigen gedragspatronen uit te voeren en het in staat is om adequaat te reageren op de uitdagingen die de heersende omstandigheden bieden.

De SZH wil rasorganisaties en individuele dierhouders ondersteunen in het onderkennen van eventuele problemen op het vlak van dierenwelzijn en het vinden van oplossingen daarvoor.

De uitgangspunten voor SZH zijn :

  • De wettelijke kaders tav het omgaan met dieren in Nederland. Het gaat om houden, fokken, vervoeren, tentoonstellingen en wedstrijden en ook doden en slachten van dieren. Voor ‘veehouders’ en ‘hobbydierhouder’ verschillen de regels in details. Klik hieronder voor een overzicht van de relevante wet- en regelgeving over dierenwelzijn en diergezondheid.
  • Iedere veehouder/diereigenaar is zelf verantwoordelijk voor de gezondheid en het welzijn van zijn of haar dier(en).
  • Dierhouders handelen vanuit de intrinsieke waarde van het dier zoals in de Gezondheids- en welzijnswet (GWWD) wordt omschreven: “Erkenning van de intrinsieke waarde van het dier betekent dat het dier onafhankelijk van de mens een eigen waarde wordt toegekend en dat de belangen van het dier niet meer automatisch ondergeschikt zijn aan de belangen van de mens.”
  • De SZH onderschrijft het advies van de RDA over de zes leidende principes voor een dierwaardige dierhouderij, waarbij een goede voeding, een goede omgeving, een goede gezondheidszorg en de mogelijkheden voor het dier om natuurlijk gedrag uit te oefenen leiden tot een dier dat goed kan reageren op de fysieke en sociale omgeving en daarom positief welzijn ervaart.
Doelen van de SZH in relatie tot dierenwelzijn

Fokkerij en genetische diversiteit:

De SZH wil voorkomen dat zeldzame rassen zeldzamer worden, hun oorspronkelijke eigenschappen verliezen of zelfs verloren gaan, dit met inachtneming van dierenwelzijn. Voor de meeste rassen zijn rasverenigingen actief. De rasverenigingen zijn belangrijke partners van de SZH. De SZH ondersteunt de rasverenigingen bij hun fokbeleid. Vanwege de kleine populaties en het verhoogde risico op inteelt heeft de SZH uitgangspunten voor het fokbeleid van de rassen:

  • Inteelttoename voorkomen, terugdringen indien noodzakelijk of verantwoord beperken waar mogelijk, vastgelegd in het beleid van de rasvereniging.
  • Opsporen, registreren en terugdringen van erfelijke afwijkingen.
  • Behoud van variatie binnen het ras.
  • Niet uitsluitend naar exterieur kijken maar ook inzetten op het behoud van functionele eigenschappen binnen het ras.

Daarom:

  • Werkt de SZH aan bewustwording over aspecten van dierenwelzijn en vraagt de rasverenigingen en fokkerijorganisaties of zij beleid op het vlak van dierenwelzijn hebben en of zij daarin tips voor anderen hebben, of vragen.
  • Stimuleert de SZH het delen van kennis en verschaffen van informatie via de rasorganisaties en de bij de rasorganisaties aangesloten fokkers.
  • Heeft de SZH een eigen mening over de risico’s van inteelt en het fokdoel en gaat daarover actief met de rasvereniging in gesprek.
  • Komen voor rassen, die zich willen kandideren als zeldzaam Nederlands ras en daarmee ondersteuning door de SZH, specifieke eisen/voorwaarden voor dierenwelzijn als het gaat om fokdoel en voor fokkerijbeleid, als het gaat om erfelijke afwijkingen.
  • Komen voor rassen, die al in het bestand van de SZH zitten en een fokdoel of fokkerijbeleid hebben dat het welzijn aantast, eisen aan dierenwelzijn.
Houderij en management en dierenwelzijn

De SZH heeft additioneel ambities om dierenwelzijn via houderij en management te bevorderen. Dit is echter geen hoofddoel van de SZH, maar wordt wel in het algemene beleid meegenomen.

Tentoonstellingen en fokveedagen zijn belangrijk voor (een deel van) de fokkers, maar kunnen vanwege transport en een vreemde omgeving stress voor de dieren opleveren. De SZH gaat na of zij specifiek voor tentoonstellingen en fokveedagen acties moet ondernemen.

SZH heeft ruim 90 keer een predicaat voor erkend fokcentrum, erkend educatief centrum, of erkend ZeldzaamLEKKER centrum uitgereikt. De SZH zal deze centra geen harde eisen opleggen, die verder gaan dan wettelijke vereisten, maar wel adviseren over mogelijke bovenwettelijke stappen, die het welzijn van de dieren bevorderen. Aspecten gerelateerd aan fokkerij en welzijn waarop fokcentra, educatieve centra en ZeldzaamLEKKER centra beoordeeld worden zijn hieronder in te zien.