Woord van de voorzitter
De winter was bijna voorbij, zo leek het. Maar toen werd het weer anders: “strenge vorst, zeker 2 weken aan een stuk” werd voorspeld. Dus ‘elfstedenkoorts’; wat een fijn vooruitzicht! Maar ook dit ging niet door, corona liet het niet toe.
Intussen moest er thuis wel gezorgd worden dat de dieren, binnen en buiten, konden blijven eten en drinken, dus extra voeren en de boel vorstvrij maken. Zelf zijn ze goed op de kou voorbereid met een extra dikke winterjas aan. Maar op het besneeuwde land valt niet veel te grazen en ijs kunnen ze niet drinken. Warmtelinten en regelmatig gaten maken in de ijslaag helpt ze goed vooruit. Want zoveel drinken als in de zomer hoeven ze nu natuurlijk niet.
Onze oude rassen kunnen er trouwens ook gemiddeld wat beter tegen dan de huidige moderne kruisingen waarbij winterhardheid minder van belang is geworden in de houderij (en fokkerij). Van nature zijn ze ooit allemaal, aangepast aan hun omgeving en leefgebied, goed voorzien van bescherming tegen de winterkou.
En terwijl we zelf allemaal de schaatsen konden onderbinden en de corona even mochten vergeten, liepen onze mooie dieren te genieten van het ook voor hen gezonde droge vriesweer.
Gerrit Tacken
voorzitter SZH